Schoon water op elk moment en in elke hoeveelheid. Het is vanzelfsprekend. Door klimaatverandering, vervuiling en toenemend verbruik wordt water echter schaars. Ook in Nederland. Hoe pakken we het probleem aan, met al de kennis omtrent water die er in onze regio is.
Jan van Iersel, voorzitter van het College van Bestuur van Hogeschool Van Hall Larenstein en lid van The Economic Board, en Jan Luijten, Strateeg Slimme Duurzaamheid bij The Economic Board, schetsen het probleem en aanknopingspunten voor een oplossing.
“Globaal gezien zijn er met water drie problemen”, zegt Van Iersel. “Een teveel, een tekort, te vies. We zien het ook in onze regio. Nederland reguleert via een ingenieus beheersysteem de stand van het grondwater en het oppervlaktewater in het belang van de landbouw, natuur, industrie en voor onze drinkwatervoorziening. Juist in regio Arnhem Nijmegen is waterbeheer voor waterveiligheid ook een belangrijk issue (grote rivieren). Dat systeem hapert door klimaatverandering, de inrichting van ons platteland en steden en onze industriële en agrarische activiteiten.”
Luijten vult aan: “De bevolking groeit, dus gebruiken we meer drinkwater. De economie groeit en bijgevolg het watergebruik. Drinkwaterbedrijven laten weten dat de drinkwaterbeschikbaarheid in het geding komt. Steeds meer water onttrekken uit de diepe ondergrond is geen duurzame optie. En ja, we kunnen vervuild water geschikt maken voor drinkwater, maar tegen hogere kosten. Ja, we kunnen vervuild water geschikt maken, maar tegen hogere kosten. Teveel water moeten we leren slim op te slaan voor in drogere tijden. Verdroging is tegen te gaan door water langer vast te houden en de bodems gezonder te maken. Huishoudens, de industrie en de landbouw willen ‘water op maat’, namelijk op het moment en in de hoeveelheid en kwaliteit die ze nodig hebben.”
Mix
“De oplossing ligt mijns inziens in een slimme mix”, oppert Van Iersel. “Regievoering om vervuiling te voorkomen, technologie ter zuivering, buffering en verspreiding van water naar waar het nodig is”, zegt Van Iersel. “En we moeten ons water anders gaan gebruiken. Waarom spoelen we de wc met drinkwater? Het differentiëren van water in categorieën als drinkwater en schoon water voor overige toepassingen helpt enorm. Het betekent wel dat we een waterinfrastructuur van gescheiden compartimenten inrichten. Dat vraagt commitment van bedrijven, huishoudens en overheden wat betreft de bouw van een fysieke (leiding)structuur, maar ook inzake vergunningverlening en controle.”
“Gelet op vervuiling is de remedie in principe simpel: voorkom dat zorgwekkende stoffen uit de landbouw, industrie en huishoudens in lucht, water en bodem terechtkomen”, aldus Van Iersel. “Nu maken we water weer geschikt met ‘end of pipe’ oplossingen. Vervuiling voorkomen vraagt wel stringente maatregelen op lokaal, provinciaal, nationaal en Europees niveau.”
Kennis
Luijten schetst dat universiteiten en hogescholen oplossingen hebben om wateroverlast, droogte en vervuiling aan te pakken. “De HAN, Van Hall Larenstein, Wageningen University & Research en de Radboud Universiteit doen allemaal onderzoek naar water- en bodemgebruik in relatie tot de klimaatverandering, biodiversiteit, de industrie en de landbouw. Er is veel kennis in de regio, in Nederland en de Zuid Europese landen die al langer met watertekorten geconfronteerd worden. Het delen daarvan en het vertalen naar gezamenlijke projectmatige uitvoering maakt de problematiek zichtbaar en brengt oplossingen naar de praktijk.”
Van Iersel haakt in en benoemt enkele projecten van het Lectoraat Duurzame Watersystemen, waarbij Van Hall Larenstein met partners onderzoek doet naar het schoonhouden, vasthouden en circulair gebruik van water. “Het Veenweiden Innovatieprogramma Nederland (VIPNL) onderzoekt of natte teelten -zoals lisdodde en riet- een duurzaam alternatief of aanvulling kunnen zijn op de melkveehouderij in veengebieden met hoge waterstanden. Nog een voorbeeld: met het project Kringloopsluiting Nutrienten Stad en Land verkennen we hoe voedingsstoffen uit geconcentreerd toiletwater kunnen worden teruggewonnen voor hergebruik in de landbouw. In het kader van risicomanagement bij klimaatverandering willen we in beeld brengen hoe de boer zicht op de risico’s van klimaatverandering voor het eigen bedrijf krijgt en hoe die te beperken. Wat betreft schoon water door duurzaam bodembeheer brengen we in kaart wat de invloed is van organisch stofbeheer op de afbraak van gewasbeschermingsmiddelen. En hoe we de zuiverende capaciteit van landbouwbodems vergroten zodat de vervuiling van grond- en oppervlaktewater afneemt.”
Hij vervolgt: “Vanuit ons lectoraat Nature Based River Management zoeken we natuur-gebaseerde oplossingen voor waterveiligheid, droogte, afname van de biodiversiteit en de waterkwaliteit. Zo doen studenten van Van Hall Larenstein onderzoek naar biodiverse dijkbekleding uit baggerslib. Dit is een manier om op een circulaire manier bij te dragen aan waterveiligheid en verbetering biodiversiteit. Hiervoor richten we langs de rand van Voedselbos Elderveld in Arnhem Zuid een veldproef in. Een ander onderzoeksproject betreft een verkenning door studenten naar de mogelijkheden om met Nature Based Solution de river de Linge klimaatrobuuster in te richten. Onder andere Waterschap Rivierenland en de gemeente Lingewaard zijn hier erg in geinteresseerd. Op dit moment verkennen studenten van de Minor Ecohydrologie van Van Hall Larenstein de invloed van nieuwe wetland-natuur en waterberging op biodiversiteit, waterkwaliteit en waterhuishouding in ‘Het Waterrijk’ in Park Lingezegen.”
Regie
“De Groene Metropoolregio Arnhem-Nijmegen kan een belangrijke regierol spelen in de verbinding naar de praktijk en het uitwerken van een regionaal actieplan”, volgens Luijten. “Gemeenten, provincies, kennis- en onderzoeksinstellingen, beroepsopleiders zullen de aanpak moeten faciliteren. Regionale, lokale en wijkgerichte initiatieven zullen deze transitie moeten dragen.”
“Een duurzaam watersysteem zal, net als een duurzaam energiesysteem, integraal onderdeel moeten worden bij het ontwerpen en inrichten van bedrijventerreinen en woonwijken. Met innovatienetwerk Lifeport rond Arnhem en Nijmegen, gespecialiseerd in Health, Hightech en Energy beschikken we over een stevig fundament, maar dat moeten we wel ten volle benutten”, sluit Van Iersel af. «